An English Dutch Dictionary
 




page 1 of 2 for "house"
  1   2 Next
 
EnglishDutch   
the house het huis (de huizen) img  map  info 
  de woning (de woningen) img  map  info 
open houseopen huis   
the White Househet Witte Huis  map  info 
a detached houseeen vrijstaand huis   
the terrace house het rijtjeshuis (de rijtjeshuizen) img  map  info 
the detached househet vrijstaande huis (de vrijstaande huizen)  map  info 
the House of Lordshet Hogerhuis   
the House of Commonshet Lagerhuis   
the house looks smallhet huis ziet er klein uit   
 het huis lijkt klein   
I rent the house to youik verhuur het huis aan u   


show all categories



Read the help about search options, verb conjugation tables, etc.





Search script and dictionary developed by www.valley-trail.com
Compiled in the 21st century