An English Dutch Dictionary
 




page 10 of 186 for ""
the verb 
the verbhet werkwoord   
to anticipateinspelen op (speelde in op, heb ingespeeld op)  map  info 
to apena-apen (aapte na, heb nageaapt)  map  info 
to apologizeverontschuldigingen aanbieden (bood mijn verontschuldigen aan, heb mijn verontschuldigingen aangeboden)  map  info 
to appallschokken (schokte, heb geschokt)  map  info 
 laten schrikken (liet schrikken, heb laten schrikken)  map  info 
to appealin beroep gaan (ging in beroep, ben in beroep gegaan)  map  info 
to appearlijken (leek, heb geleken)  map  info 
 verschijnen (verscheen, ben verschenen)  map  info 
 tevoorschijn komen (kwam tevoorschijn, ben tevoorschijn gekomen)  map  info 
 blijken (bleek, ben gebleken)  map  info 
 optreden (trad op, heb opgetreden)  map  info 
to appendtoevoegen (voegde toe, heb toegevoegd)  map  info 


show all categories



Read the help about search options, verb conjugation tables, etc.





Search script and dictionary developed by www.valley-trail.com
Compiled in the 21st century